Het (ontbreken van) procesbelang bij de inhoudelijke beoordeling van een (hoger) beroep

Knowledge

Eerder schreven wij al over belanghebbendheid en relativiteit bij besluiten. Naast de belanghebbendheid en de relativiteit, beoordeelt een bestuursrechter of er procesbelang is bij een inhoudelijke beoordeling van het (hoger) beroep. In de op 3 februari 2025 gepubliceerde uitspraak van rechtbank Zeeland-West-Brabant van 23 januari 2025 staat de beoordeling van het procesbelang centraal. Wat houdt het procesbelang in? En wanneer ontbreekt het procesbelang?

Wat houdt het procesbelang in?

Een procesbelang is het belang dat een belanghebbende heeft bij de uitkomst van een procedure. Daarbij gaat het erom of het doel dat een belanghebbende voor ogen staat, met het rechtsmiddel kan worden bereikt en voor de belanghebbende van feitelijke betekenis is. Het procesbelang verschilt van de belanghebbendheid van een partij. Bij procesbelang gaat het namelijk om het belang bij de procedure en de uitkomst daarvan. Bij belanghebbendheid gaat het om het betrokken belang van de partij bij een besluit.

Wanneer ontbreekt het procesbelang?

In beginsel heeft een belanghebbende die opkomt tegen een besluit belang bij de beoordeling van zijn of haar (hoger) beroep. Het kan gaan om allerlei soorten besluiten, van een (tijdelijk) verleende omgevingsvergunning tot aan een afwijzing van een handhavingsverzoek. Het procesbelang ontbreekt wanneer vast komt te staan dat ieder belang bij de procedure is komen te vervallen. Indien de partij geen actueel en reëel belang heeft bij de procedure, is de bestuursrechter niet gehouden tot een inhoudelijke beoordeling van een ingesteld (hoger) beroep over een besluit vanwege de principiële betekenis daarvan.

Voorbeelden waarin procesbelang in beginsel ontbreekt zijn situaties waarin de geldigheid van een besluit ten tijde van het beroep al is verstreken of wanneer de indiener van het rechtsmiddel inmiddels is verhuisd en daardoor geen gevolgen (meer) ondervindt. Ook het (enkel) niet vergoeden van proceskosten vormt geen procesbelang.

Schade geleden: tóch een procesbelang?

Indien iemand stelt schade te hebben geleden door een bestreden besluit – ook in het geval de geldigheid van het besluit is verstreken en/of de partij inmiddels is verhuisd – kan dat betekenen dat er sprake is van procesbelang. Volgens vaste rechtspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State bestaat procesbelang in een dergelijk geval indien tot op zekere hoogte aannemelijk is gemaakt dat deze schade daadwerkelijk het gevolg is van het bestreden besluit. Het aannemelijk maken van schade als gevolg van het bestreden besluit kwam aan de orde in de uitspraak van 23 januari 2025.

Uitspraak van 23 januari 2025

Het besluit dat in deze uitspraak centraal staat betreft een verleende omgevingsvergunning voor een tijdelijke opslag van goederen bij een supermarkt. Eiser heeft in zijn beroepschrift opgenomen dat het beroep is ingesteld om met de uitspraak in de hand sterker te staan in een schadevergoedingsclaim. Eiser stelt namelijk dat hij zijn huis onder de gemiddelde prijs in de wijk heeft verkocht. De rechtbank heeft eiser in de gelegenheid gesteld om de door hem gestelde schade – en daarmee het procesbelang – nader te onderbouwen. In deze nadere onderbouwing stelt eiser dat de door hem gestelde schade het gevolg is van meer dan alleen het bestreden besluit, dat uitsluitend zag op de tijdelijke opslag bij de supermarkt. Eiser heeft namelijk betoogd dat hij financiële schade heeft geleden doordat keer op keer omgevingsvergunningen zijn verleend aan de Albert Heijn en werd geweigerd om handhavend op te treden. Dat resulteerde volgens eiser in een waardevermindering van zijn vorige woning van € 75.000,-.

De rechtbank gaat niet mee in het betoog van eiser. De rechtbank overweegt dat eiser noch de gestelde schade als gevolg van het hier in geding zijnde besluit – de omgevingsvergunning voor de tijdelijke opslag – noch de waardevermindering van zijn voormalige woning nader heeft geconcretiseerd. Dit resulteert erin dat het beroep niet-ontvankelijk wordt verklaard.

Relevantie voor de praktijk

Hieruit blijkt eens te meer het belang van een goede onderbouwing van de geleden schade als daadwerkelijk gevolg van een bestreden besluit. Het uitsluitend stellen dat schade is geleden is niet afdoende, zoals blijkt uit de hiervoor besproken uitspraak. Wellicht was het oordeel van de rechtbank anders uitgevallen wanneer eiser (nader) had onderbouwd dat het bestreden besluit nadelig effect heeft gehad op de verkoopprijs van de woning, zoals dat (het gevolg van) het bestreden besluit is meegenomen in de hoogte van de verkoopprijs (vgl. de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspaak van de Raad van State van 4 september 2024 waarin het ging om een afwijzing van een verzoek om handhaving).

Tot slot

Heeft u schade geleden door een besluit, bijvoorbeeld door een verleende omgevingsvergunning of een afwijzing van een handhavingsverzoek? Neem gerust contact op met ons vakteam Vastgoed om u daarover te laten adviseren.